Voormalig Juridisch Adviseur Adriaan Bos overleden

Contentverzamelaar

Voormalig Juridisch Adviseur Adriaan Bos overleden

Vandaag bereikte ons het droevige bericht dat voormalig Juridisch Adviseur van het Ministerie van Buitenlandse Zaken Adriaan Bos op 19 november 2020, is overleden.

Mr Adriaan Bos (1934 - 2020)

Als Juridisch Adviseur (JURA) heeft Mr. Adriaan (Ad) Bos grote verdiensten gehad voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken en voor Nederland. Bos werd geboren in Dordrecht in 1934 en studeerde tot 1960 rechten aan de Vrije Universiteit. Hij trad daarna kortstondig in dienst van het Ministerie van Economische Zaken, om in 1963 over te stappen naar Buitenlandse Zaken. Daar begon hij als assistent juridisch adviseur, en werd in 1984 plaatsvervangend Juridisch Adviseur, in 1989 gevolgd door de functie van Juridisch Adviseur (JURA) van de minister.

Het bureau van de Juridisch Adviseur had een breed werkterrein, zowel het volkenrecht als het Europees Recht alsook in mindere mate het internationaal privaatrecht. Voor liefhebbers van het internationale recht was werken bij JURA in Nederland het neusje van de zalm. Midden jaren tachtig werkten er slechts 7 medewerkers bij JURA: twee in hoofdzaak op het gebied van het Europees recht, de anderen op het terrein van het internationale recht en de rechten van de mens en Ad Bos op beide gebieden. Bos was aanvankelijk vooral op het Europees recht actief, waarvoor hij ook als agent van de Nederlandse regering optrad in procedures voor het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen in Luxemburg.

Bij een reorganisatie van het Ministerie in 1996 werd het bureau van de Juridisch Adviseur opgeheven en als afdeling Internationaal Recht opgenomen in de Directie Juridische Zaken. Daarmee kwam ook een einde aan de directe lijn van de Juridisch Adviseur naar de Minister van Buitenlandse Zaken. Voor Bos bleef een functie van ‘vrijgesteld’ Juridisch Adviseur die een beroep kon doen op de medewerkers van de afdeling.

Vertegenwoordiger Nederlandse regering

Gedurende zijn lange loopbaan ontplooide Bos als vertegenwoordiger van de Nederlandse regering tal van activiteiten. Hij maakte jarenlang deel uit van de Centrale Rijnvaart Commissie, en was, dichter bij huis, lid van de Staatscommissie voor internationaal Privaatrecht. Hij vertegenwoordigde het Koninkrijk op bijeenkomsten van de juridische adviseurs van de lidstaten van de EU, de Raad van Europa en de Zesde Commissie van de Algemene Vergadering van de VN, en werd vaak gevraagd deze voor te zitten. Ook ging hij – als expert in de arbitrage tussen Nieuw-Zeeland en Frankrijk inzake de Franse aanslag op de Rainbow Warrior in de haven van Auckland in 1985 - in maart 1988 op reis naar het eiland Hao in Frans-Polynesië om vast te stellen hoe het met de gezondheid van de Franse agente Dominique Prieur stond.

Bos speelde een rol bij het door Nederland verkrijgen van de status van consultatieve partij bij het Verdrag inzake Antarctica in 1990. Een omvangrijk werkterrein betrof, tezamen met professor Riphagen, de JURA van dat moment, de ontwikkeling van het Recht van de Zee, met name tijdens de Derde VN Zeerecht Conferentie die van 1973 tot 1982 duurde en uitmondde in het VN Verdrag inzake het Recht van de Zee: 320 artikelen met 9 bijlagen met ook weer veel artikelen. In de woorden van Bos zelf: “At the time these negotiations were characterised as the most important event in the history of the UN. This was also the biggest conference ever held.”

Statuut Internationaal Strafhof

Zijn belangrijkste wapenfeit in later jaren was zijn voorzitterschap van de internationale conferenties die in de periode 1995 tot 1998 het Statuut van het Internationaal Strafhof onderhandelde. Zeer spijtig was dat hij op het moment suprème bij de finale afronding van de tekst tijdens de vijf weken durende slotconferentie in Rome in juli 1998 wegens ziekte moest missen. Het voorzitterschap van de conferentie moest worden overgelaten aan de Canadese Juridische Adviseur Philippe Kirsch, en de Nederlandse delegatie werd geleid door prof dr. Theo van Boven. De toenmalige Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties Kofi Annan omschreef het Statuut van het Internationale Strafhof als de belangrijkste internationale juridische ontwikkeling sinds de totstandkoming van de VN zelf, ‘a gift of hope for future generations’.

Taken aan het einde van zijn loopbaan betroffen de viering van de honderd jaar van de (eerste) Haagse Vredesconferentie in 1999, en het tot stand brengen van het Tweede Protocol bij het Haagsche verdrag inzake de bescherming van de cultuurgoederen in tijden van gewapend conflict, ook in 1999.

In 1999 verscheen de bundel Reflections on the International Criminal Court, een weerslag van het afscheidssymposium voor Bos in december 1998 waarin het Internationaal Strafhof centraal stond.

Eredoctoraat

Adriaan Bos krijgt de kappa omgehangen

In 2005 eerde de Vrije Universiteit Bos met een eredoctoraat voor zijn bijzondere verdiensten voor het volkenrecht. Daarmee eerde de universiteit een van zijn vroegere studenten. Bos zou nooit een eredoctoraat hebben gekregen als hij zich niet, in de herfst van zijn loopbaan, had ingespannen om een Internationaal Strafhof te helpen voorbereiden. Toen dat tenslotte medio 1998 slaagde, werd Bos met een staande ovatie geëerd – ‘een terechte erkenning voor al het door hem verrichte werk!’, schreef VU erepromotor prof. dr. P. Vlas. Hij schroomde niet de promovendus op een historische lijn te stellen met Hugo de Groot (1583 - 1645), met wie het kleine land aan de Noordzee de traditie begon ‘vanuit normen en waarden internationale politiek te bedrijven’.

Adriaan Bos werd door zijn collega’s binnen JURA niet alleen hogelijk gewaardeerd om zijn onbetwiste vakbekwaamheid maar ook om zijn bescheidenheid, zijn rustige, weloverwogen en prettige persoonlijkheid en gevoel voor humor. Hij had een buitengewoon behendige pen, en kon als geen ander Kamerstukken redigeren. Als voorzitter van internationale bijeenkomsten en conferenties oogstte hij ook bij zijn internationale collega’s grote waardering voor zijn geduld, onpartijdigheid, betrouwbaarheid en vermogen compromissen te bereiken.  

Bos werd in 1999 als Juridisch Adviseur opgevolgd door professor dr. J.G. Lammers.

Bronnen