De inzet van de Nederlandse krijgsmacht roept vragen op over militair operationeel recht, zoals de bevoegdheid tot geweldgebruik en de status van militaire eenheden.
Het humanitair oorlogsrecht beperkt oorlogsvoering en beschermt burgers en strijders die niet (meer) deelnemen aan de gewapende strijd.
Het gebruik van geweld tussen staten is verboden volgens het VN-Handvest, met uitzonderingen zoals zelfverdediging of toestemming van de VN-Veiligheidsraad.
IGO’s kunnen juridisch aansprakelijk zijn, maar genieten vaak immuniteit om onafhankelijkheid te waarborgen.
Nederland is gastland voor ca. 40 IGOs. Vestiging gebeurt via zetelverdragen met regels over onschendbaarheid, beveiliging, privileges en immuniteiten.
IGOs en hun medewerkers krijgen privileges en immuniteiten om hun onafhankelijkheid te waarborgen, geregeld via zetelverdragen en internationale verdragen.
Het lidmaatschap van IGOs brengt rechten en plichten. Nederland is lid van verschillende IGOs, zoals de VN, met eigen toetredings- en uittredingsregels.
Een IGO wordt opgericht via een verdrag tussen staten en heeft eigen organen. Soms zijn ook IGOs zelf betrokken bij de oprichting van nieuwe IGOs.
Deze pagina beschrijft staatsaansprakelijkheid en gaat in op de regels van het internationaal recht waaraan moet worden voldaan om een staat aansprakelijk te stellen.
Deze pagina gaat in op staatsimmuniteit. Het beschrijft hoe staten in beginsel geen rechtsmacht hebben over elkaar of elkaars eigendommen en gaat in op de verantwoordelijkheid van staten om op ...
Toont 241 - 250 van 549 resultaten.