Veelgestelde vragen | 26 mei 2023
Dossier: Humanitair oorlogsrecht
Bij het gebruik van wapens en het kiezen van methodes van oorlogvoering zijn de belangrijkste plichten: het maken van onderscheid tussen enerzijds militaire doelen en anderzijds beschermde ...
Uitspraak internationaal | 30 april 2023
Dossier: Individuen en groepen | Mensenrechten
Trefwoorden: Mensenrechten
In het rapport zijn samenvattingen opgenomen van alle uitspraken en beslissingen van internationale mensenrechtenprocedures waarbij het Koninkrijk der Nederlanden in het jaar 2022 betrokken is geweest. In rapport is ook een overzicht opgenomen van de stand van zaken van uitspraken die door het Koninkrijk ten uitvoer moeten worden gelegd.
Kamerbrief | 14 oktober 2022
Bestand: pdf - 55.4KB
Dossier: Individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid
Trefwoorden: Discriminatie
Deze kamerbrief bevat een nadere de juridische duiding t.a.v. de kwalificatie van apartheid, die beschreven wordt in de brief van het kabinet van 13 juni 2022 (Kamerstuk 30 950, nr. 312) en hoe dit van toepassing is op de situatie in Israël.
Jurisprudentie | 4 oktober 2022
Trefwoorden: Belastingen | Eerlijk proces
De Kamer van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) oordeelt in de zaak De Legé v. Nederland (zaak nr. 58342/15) dat Nederland artikel 6, lid 1, van het EVRM niet heeft geschonden.
Aan de verzoeker zijn belastingboetes opgelegd naar aanleiding van zijn verzuim om aan zijn wettelijke verplichting te voldoen om alle (voor de belastingheffing) relevante informatie te verstrekken. Aangezien deze informatie uiteindelijk waren verkregen onder dreiging van dwangsommen, stelt de verzoeker dat er sprake is van een schending van het privilege tegen zelfbeschuldiging (het nemo tenetur principe) zoals vastgelegd in artikel 6, lid 1 EVRM. Het EHRM stelt dat de bankafschriften en portefeuille-overzichten reeds inzichtelijk waren voor de autoriteiten. Daarbij is de dwangsom die de verzoeker vervolgens zou worden opgelegd (indien hij het bevel niet uitvoerde) niet te kwalificeren als onmenselijke of vernederende behandeling. Gezien het bovenstaande concludeert de Kamer dat het gebruik van de bankafschriften en portefeuille-overzichten niet onder de bescherming van het voorecht tegen zelfbeschuldiging valt. Daarom is er geen sprake van een schending van artikel 6, lid 1, EVRM.
Jurisprudentie | 14 september 2022
Trefwoorden: Jurisdictie-uitoefening, extraterritoriale
De Grote Kamer van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) oordeelt in de zaak H.F. and Others v. France (zaak nr. 24384/19 en 44234/02) dat Frankrijk artikel 3, lid 2, van het Vierde Protocol bij het Verdrag (EVRM) heeft geschonden.
Verzoekers hebben de Franse autoriteiten gevraagd om repatriëring (terugbrengen naar Frankrijk) door de Franse autoriteiten van hun dochters en kleinkinderen, die zich bevinden in IS kampen in het noordoosten van Syrië. Verzoekers klagen bij het EHRM dat de weigering door Franse autoriteiten in strijd is met artikel 3 EVRM (bescherming tegen onmenselijke behandeling) en artikel 3, lid 2, Vierde Protocol (recht op toegang grondgebied eigen land). Het EHRM oordeelt dat de familieleden in kwestie zich niet binnen de Franse jurisdictie (rechtsmacht) bevonden, in de zin van artikel 1 EVRM, voor een beroep op artikel 3 EVRM. Het EHRM oordeelt tevens dat de vrouwen en kleinkinderen niet een recht op repatriëring hebben op grond van artikel 3, lid 2, Vierde Protocol. De bescherming van dit artikel kan in uitzonderlijke gevallen wel ‘positieve extraterritoriale verplichtingen’ met zich mee brengen voor een Staat. Het EHRM oordeelt dat de beoordeling door de Franse autoriteiten van het verzoek tot repatriëring niet was omgeven met voldoende procedurele waarborgen tegen arbitraire beslissingen, waardoor Frankrijk artikel 3, lid 2,Vierde Protocol heeft geschonden.
Uitspraak internationaal | 3 augustus 2022
Dossier: Vreedzame geschillenbeslechting | Interventie Gambia v. Myanmar Internationaal Gerechtshof
Trefwoorden: Aansprakelijkheid, Staats- | Genocide | Jurisdictie | Ontvankelijkheid
Deze publicatie bevat een gezamenlijke verklaring van Nederland en Canada over de genomen beslissing ten aanzien van jurisdictie en ontvankelijkheid door het Internationaal Gerechtshof in de zaak van Gambia tegen Myanmar onder het Genocideverdrag.
CIR Nieuwsbericht | 5 juli 2022 | Bron: CAVV
Antwoorden op Kamervragen | 4 juli 2022
Dossier: Volle zee | Grond- en zeegebied
Trefwoorden: Diepzeemijnbouw | Milieubescherming (zie Milieuschade; zie Internationaal milieurecht) | Zeebodem
Dit document bevat de antwoorden op Kamervragen inzake over de door Nederland uitgesproken steun aan diepzeemijnbouw. De antwoorden gaan in op de onderhandelingen bij de International Seabed Authority (ISA) ten aanzien van de ontwikkeling van beleid en regelgeving over diepzeemijnbouw en de Nederlandse inzet tijdens deze onderhandelingen.
Antwoorden op Kamervragen | 21 juni 2022
Dossier: Volle zee
Trefwoorden: Milieubescherming (zie Milieuschade; zie Internationaal milieurecht) | Volle zee
Dit document bevat de antwoorden op Kamervragen over de onderhandelingen over en mondiaal verdrag ter bescherming van biodiversiteit in zeegebieden buiten de nationale rechtsmacht van kuststaten (Biodiversity Beyond National Jurisdiction; BBNJ-proces). De antwoorden gaan onder meer in op de Nederlandse inzet voor de onderhandelingen en ambities voor het uiteindelijke verdrag.
Kamerbrief | 17 juni 2022
Bestand: pdf - 655KB
Dossier: Wapens
Trefwoorden: Militair materieel (zie Strategische goederen; zie Wapens)
Dit document bevat de Kabinetsreactie op het AIV/CAVV advies ‘Autonome wapensystemen: Het belang van reguleren en investeren'. In deze reactie apprecieert het kabinet puntsgewijs de aanbevelingen en licht het de hernieuwde inzet toe.
Toont 11 - 20 van 334 resultaten.