Inloggen Account aanvragen
Inbreng in juridische procedure internationaal | 5 juli 2000
Bestand: pdf - 3.8MB
Dossier: Vreedzame geschillenbeslechting
Trefwoorden: Geweldgebruik (zie Ius ad bellum) | Geweldgebruik, collectief | Interne aangelegenheden | Rechtsmacht | Soevereiniteit | Territoriale soevereiniteit (zie Soevereiniteit)
Dit betreft schriftelijke inbreng (preliminaire bezwaren) van Nederland in de procedure van Joegoslavië tegen Nederland bij het Internationaal Gerechtshof (IGH) inzake de rechtmatigheid van het gebruik van geweld, waarin o.a. wordt ingegaan op art. 36 (2) Statuut van het Internationaal Gerechtshof en bepalingen van het Genocideverdrag.
Overig | 29 april 1999
Bestand: pdf - 25.6KB
Trefwoorden: Geweldgebruik (zie Ius ad bellum) | Geweldgebruik, collectief | Interne aangelegenheden | Soevereiniteit | Territoriale soevereiniteit (zie Soevereiniteit)
Dit document bevat het verzoekschrift van Joegoslavië ter instelling van een procedure tegen Nederland bij het Internationaal Gerechtshof (IGH) inzake de rechtmatigheid van het gebruik van geweld tegen een andere staat.
Advies CAVV | 23 december 1998
Bestand: pdf - 47.9KB
Dossier: Humanitair oorlogsrecht
Trefwoorden: Humanitair oorlogsrecht (zie Internationaal humanitair recht) | Internationaal humanitair recht | Oorlogsbegrip
Dit advies van de Commissie inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) heeft betrekking op het preadvies van Christopher Greenwood over humanitair oorlogsrecht, dat gegeven is vanwege de herdenking van het feit dat het in 1999 honderd jaar geelden was dat de Eerste Haagse Vredesconferentie plaatsvond. Tijdens deze herdenking was het humanitair oorlogsrecht een van de onderwerpen waarover een seminar is gegeven.
Overig | 11 oktober 1995
Bestand: pdf - 86.3KB
Dossier: Volle zee | Grond- en zeegebied
Trefwoorden: Zeerecht
Dit document bevat de Memorie van Toelichting bij het VN-Zeerechtverdrag (UNCLOS).
Memorie van toelichting | 1 januari 1977 | Tweede Kamer
Bestand: pdf - 2.7MB
Dossier: Doorwerking van internationaal recht in de nationale rechtsorde
Trefwoorden: Doorwerking internationaal recht (zie Verdragen, rechtstreekse werking)
In de Memorie van Toelichting is uiteengezet dat uitbreiding van het toetsingsrecht van de rechter tot het terrein van het ongeschreven volkenrecht (gewoonterecht) uit praktisch oogpunt bezwaarlijk is, omdat over de inhoud van dit recht vaak onzekerheden bestaan. Hierdoor zouden grondwettelijke bevoegdheden van regering en parlement kunnen worden gefrustreerd.
Memorie van Toelichting (TK 1977-1978, nr. 3, pag. 12 e.v.)
Uitspraak internationaal | 20 februari 1969
Bestand: pdf - 3.3MB
Dossier: Vreedzame geschillenbeslechting | Grond- en zeegebied
Trefwoorden: Continentaal plateau | Gewoonterecht | Grensafbakening via equidistantie-methode | Zeegrenzen
In deze uitspraak komt het Internationaal Gerechtshof (IGH) tot de conclusie dat het gebruik van het equidistantiebeginsel voor de afbakening van de Noordzee niet leidend is tussen partijen, omdat dit principe niet kon worden aangemerkt als gewoonterecht. In deze uitspraak verduidelijkt het Hof welke vereisten er nodig zijn voordat gebruiken en gewoonten kunnen worden aangemerkt als gewoonterecht. In dit verband gaat het ook in op opinio juris.
Inbreng in juridische procedure internationaal | 30 augustus 1968
Bestand: pdf - 8.2MB
Trefwoorden: Continentaal plateau | Grensafbakening via equidistantie-methode | Zeegrenzen
Dit document bevat de gezamenlijke schriftelijke inbreng van Denemarken en Nederland in de procedure tussen Duitsland, Denemarken en Nederland bij het Internationaal Gerechtshof (IGH) inzake de afbakening van het continentaal plat in de Noordzee.
Inbreng in juridische procedure internationaal | 16 februari 1967
Bestand: pdf - 806.7KB
Dit document bevat de bijzondere overeenkomst tussen Duitsland en Nederland om het geschil inzake de afbakening van het continentaal plat in de Noordzee voor te leggen aan het Internationaal Gerechtshof (IGH).
Inbreng in juridische procedure internationaal | 15 september 1965
Bestand: pdf - 4.6MB
Dit document bevat de Nederlandse inbreng in de procedure tussen Duitsland en Nederland bij het Internationaal Gerechtshof (IGH) inzake de afbakening van het continentaal plat in de Noordzee. Hierin gaat Nederland in op o.a. de algemene regels m.b.t. afbakening en betoogd het dat het equidistantiebeginsel moet worden toegepast om de zeegrens tussen de twee landen vast te stellen.
Uitspraak internationaal | 28 november 1958
Bestand: pdf - 1.2MB
Trefwoorden: Diplomatieke bescherming | Verdragen, opvolging
In deze uitspraak komt het Internationaal Gerechtshof (IGH) tot de conclusie dat de maatregelen die Zweden neemt met betrekking tot het voogdijschap over een Zweeds-Nederlands minderjarig kind niet in strijd zijn met het Voogdijverdrag uit 1902. Deze uitspraak is van belang omdat nationaal recht voorrang kreeg boven verdragsverplichtingen. Daarnaast heeft deze uitspraak ertoe geleid dat er een nieuw verdrag is gekomen welke voogdij-verplichtingen regelt.
Toont 111 - 120 van 121 resultaten.