Inloggen Account aanvragen
Overig | 6 maart 2014
Bestand: pdf - 74.2KB
Dossier: Erkenning | Sancties
Trefwoorden: Afscheiding | Annexatie | Non-interventiebeginsel | Territoriale integriteit
Dit document bevat het standpunt van de Europese regeringsleiders over de relatie tussen de EU-landen, Oekraïne en Rusland, naar aanleiding van de gebeurtenissen in Oekraïne en de Krim in 2014.
Inbreng internationaal overleg | 29 november 2012
Bestand: pdf - 431.9KB
Dossier: Erkenning | Lidmaatschap
Trefwoorden: Erkenning van staten | Internationale organisaties, lidmaatschap
Dit document betreft de tekst van de Nederlandse stemverklaring bij stemming over Resolutie 67/19 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over toelating van de ‘Staat Palestina’ als ‘Non-Member Observer State’ tot die organisatie. Het Koninkrijk heeft zich bij die gelegenheid onthouden van stemming. De verklaring licht de stempositie toe.
Overig | 1 november 2012
Bestand: pdf - 1.6MB
Dossier: Buurlanden Koninkrijk
Trefwoorden: Regionale organisaties
Dit document bevat een evaluatie van de Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie (IOB), getiteld Relaties, resultaten en rendement: Evaluatie van de Benelux Unie-samenwerking vanuit Nederlands perspectief, waarin wordt bekeken welke concrete resultaten de Benelux-samenwerking oplevert.
Overig | 1 juni 2012
Bestand: pdf - 1.7MB
Dossier: Mensenrechten
Trefwoorden: Individueel klachtrecht | Verdragsverplichtingen, materiële schending van
De rapportage geeft een overzicht van de Nederlandse betrokkenheid in internationale mensenrechtenprocedures in 2011.
Inbreng internationaal overleg | 20 juni 2011
Bestand: pdf - 207.2KB
Dossier: Antarctica
Trefwoorden: Milieubescherming (zie Milieuschade; zie Internationaal milieurecht)
Dit werkdocument van Nederland, Frankrijk, Duitsland, Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten is ingediend tijdens de 34ste Antarctic Treaty Consultative Meeting met als doel om te onderzoeken of de huidige regulering inzake toerisme op Antarctica adequaat is, en zo niet, welke aanvullende wet- en regelgeving nodig is.
Overig | 8 april 2011
Bestand: pdf - 179.1KB
Dossier: Transport
Trefwoorden: Luchtvaart | Vliegtuig
Dit document bevat de circulaire die de gedragslijn voorschrijft voor het geval waarin rijksambtenaren voor dienstreizen gebruik kunnen of moeten maken van luchtvaartmaatschappijen die door de EU als onveilig zijn gekwalificeerd en niet binnen de EU mogen vliegen (en op de ‘Zwarte Lijst’ zijn geplaatst).
Kamerbrief | 1 april 2011
Bestand: pdf - 1MB
Dossier: Piraterijbestrijding
Trefwoorden: Piraterij
Deze brief bevat de kabinetsreactie op het AIV-advies ‘Piraterijbestrijding op zee - een herijking van publieke en private verantwoordelijkheden’. Het kabinet oordeelt dat reders en kapiteins zelf hoofdverantwoordelijk zijn voor de veiligheid van hun schepen en zelf zelfbeschermingsmaatregelen dienen te treffen.
Kamerbrief | 7 december 2010
Bestand: pdf - 43.9KB
Dossier: Zelfbeschikking volken
Trefwoorden: Erkenning | Erkenning van staten | Erkenning, niet- | Niet-zelf-besturend gebied (zie Trustgebied) | Zelfbeschikkingsrecht, extern
Deze Kamerbrief informeert de Tweede Kamer op verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken over de huidige situatie in de Westelijke Sahara.
Jurisprudentie | 9 april 2010 | Hoge Raad
Bestand: pdf - 120.9KB
Dossier: Doorwerking van internationaal recht in de nationale rechtsorde
De Hoge Raad oordeelt dat art. 7a VN-Vrouwenverdrag rechtstreekse werking heeft (in de zin van art. 93 en 94 Gw.). Het VN-Vrouwenverdrag eist dat de Staat passief kiesrecht voor vrouwen effectief verzekert. Verdrag laat Staat op dit punt geen beleidsvrijheid. Discriminatieverbod weegt, in zoverre het de kiesrechten van alle burgers waarborgt - neergelegd in art. 4 Gw., art. 25 in verband met art. 2 IVBPR en, toegespitst op de onderhavige kwestie, art. 7 Vrouwenverdrag - zwaarder dan de andere grondrechten die in het geding zijn. Staat is gehouden maatregelen te nemen die er daadwerkelijk toe leiden dat SGP passief kiesrecht aan vrouwen toekent, waarbij de Staat een effectieve maatregel moet kiezen die zo min mogelijk inbreuk maakt op de grondrechten van de SGP. Rechter niet bevoegd Staat te bevelen wetgeving in formele zin tot stand te brengen (vgl. HR 21 maart 2003, NJ 2003, 691). Voor een rechterlijk gebod tot treffen van maatregelen ter voldoening aan art. 7 Vrouwenverdrag is in beginsel evenmin plaats. Dit geldt ook voor een bevel tot stopzetting subsidie SGP. Staat handelt in strijd met art. 7, aanhef en onder a en c, VN-Vrouwenverdrag en daarmee onrechtmatig door ten aanzien van politieke partij volgens welke aan vrouwen geen passief kiesrecht toekomt voor algemeen vertegenwoordigende overheidsorganen, niet de maatregelen te nemen die art. 7, aanhef en onder a en c, van het Verdrag inzake uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen van hem vergt. Zie essentie r.o. 4.4.2
Arrest Hoge Raad
Inbreng in juridische procedure internationaal | 21 december 2009
Bestand: pdf - 26.5KB
Dossier: Erkenning | Zelfbeschikking volken
Trefwoorden: Adviesbevoegdheid Internationaal Gerechtshof | Afscheiding | Erkenning | Onafhankelijkheid | Zelfbeschikkingsrecht, extern
Dit document bevat de antwoorden van Nederland op de vragen van de rechters van het IGH in de Advisory Opinion inzake de unilaterale afscheiding van Kosovo. De vragen hebben betrekking op de internationaalrechtelijke regels omtrent afscheiding en het zelfbeschikkingsrecht, en de Rambouillet Accords.
Advies AIV | 15 december 2009
Bestand: pdf - 298.1KB
Trefwoorden: Internationale misdrijven (zie Oorlogsmisdrijven) | Oorlogsmisdrijven | Responsibility to protect | Vervolging
Dit document bevat advies nr. 19 van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) en de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) betreffende ‘Transitional Justice: gerechtigheid en vrede in overgangssituaties’, en de reactie van het kabinet op dit advies.
Inbreng in juridische procedure internationaal | 10 december 2009
Bestand: pdf - 296KB
Dit document bevat de mondelinge verklaring van Nederland over het bestaan en uitoefenen van het bestaan van het postkoloniale recht tot zelfbeschikking en de wettige uitoefening van het zelfbeschikkingsrecht door de bevolking van Kosovo.
Overig | 30 september 2009
Trefwoorden: Continentaal plateau | Territoriale claim | Territoriale soevereiniteit (zie Soevereiniteit)
Dit document bevat een Note Verbale van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Commissie inzake de Grenzen van het Continentaal Plat (CLCS) over de submissie van Argentinië inzake Antarctica. In de Note Verbale geeft het Koninkrijk aan dat het territoriale claims op Antarctica niet erkend en dat Argentinië daarom ook geen soevereine rechten op het continentaal plat toekomt.
Dit document bevat een Note Verbale van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Commissie inzake de Grenzen van het Continentaal Plat (CLCS) over de submissie van Noorwegen inzake Antarctica. In de Note Verbale geeft het Koninkrijk aan dat het territoriale claims op Antarctica niet erkend en dat Noorwegen daarom ook geen soevereine rechten op het continentaal plat toekomt.
Overig | 28 augustus 2009
Bestand: pdf - 692.9KB
Dit document bevat een Note Verbale van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Commissie inzake de Grenzen van het Continentaal Plat (CLCS) over de submissie van Frankrijk inzake Antarctica. In de Note Verbale verwijst het Koninkrijk naar zijn Note Verbale van 19 december 2006 inzake de claim van Nieuw-Zeeland, waarin het aangeeft dat het Koninkrijk territoriale claims op Antarctica niet erkend en dat staten daarom ook geen soevereine rechten op het continentaal plat toekomen.
Dit document bevat een Note Verbale van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Commissie inzake de Grenzen van het Continentaal Plat (CLCS) over de submissie van het Verenigd Koninkrijk inzake Antarctica. In de Note Verbale verwijst het Koninkrijk naar zijn Note Verbale van 19 december 2006 inzake de claim van Nieuw-Zeeland, waarin het aangeeft dat het Koninkrijk territoriale claims op Antarctica niet erkend en dat staten daarom ook geen soevereine rechten op het continentaal plat toekomen.
Inbreng in juridische procedure internationaal | 17 juli 2009
Bestand: pdf - 45.6KB
Dit document bevat de aanvullende schriftelijke verklaring van Nederland betreffende de vraag of de proclamatie van onafhankelijkheid van Kosovo in overeenstemming is met internationaal recht, het bestaan en uitoefenen van het postkoloniale recht tot zelfbeschikking en de wettige uitoefening van het zelfbeschikkingsrecht door de bevolking van Kosovo.
Inbreng in juridische procedure internationaal | 17 april 2009
Dit document bevat de schriftelijke verklaring van het Koninkrijk der Nederlanden betreffende de vraag of de proclamatie van onafhankelijkheid van Kosovo in overeenstemming is met internationaal recht, het bestaan en uitoefenen van het postkoloniale recht tot zelfbeschikking en de wettige uitoefening van het zelfbeschikkingsrecht door de bevolking van Kosovo.
Uitspraak nationaal | 11 juli 2008
Bestand: pdf - 115.9KB
Dossier: Staatsimmuniteit
Trefwoorden: Immuniteit van executie | Staatsimmuniteit
In dit arrest oordeelt de Hoge Raad onder meer dat de immuniteit van executie niet absoluut is en dat staatseigendommen met een publieke bestemming in elk geval niet vatbaar zijn voor gedwongen executie.
Rechtspraak - Arrest Hoge Raad Azeta v. JCR/de Staat der Nederlanden
Kamerbrief | 4 maart 2008
Bestand: pdf - 19.2KB
Dossier: Erkenning
Trefwoorden: Afscheiding | Erkenning | Onafhankelijkheid
Met deze Brief informeert de Minister van Buitenlandse Zaken de Tweede Kamer dat het Koninkrijk der Nederlanden de Republiek Kosovo erkent en wordt dit besluit nader toegelicht.
Kamerbrief
Kamerbrief | 1 januari 2007 | Kabinet
Bestand: pdf - 32.1KB
Trefwoorden: Doorwerking internationaal recht (zie Verdragen, rechtstreekse werking)
In deze Kabinetsnotitie wordt ingegaan op het in Nederland geldende gematigde monisme, de consequenties hiervan voor de beleidsvrijheid van de nationale wetgever, en de voor- en nadelen van alternatieve systemen van doorwerking. Samengevat weergegeven is de conclusie van het kabinet, zoals weergegeven in de notitie:
Kabinetsnotitie (Tweede Kamer, 2007-2009, 29861, nr. 19)
Overig | 19 december 2006
Bestand: pdf - 77.4KB
Dit document bevat een Note Verbale van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Commissie inzake de Grenzen van het Continentaal Plat (CLCS) over de submissie van Nieuw-Zeeland inzake Antarctica. In de Note Verbale geeft het Koninkrijk aan dat het territoriale claims op Antarctica niet erkend en dat Nieuw-Zeeland daarom ook geen soevereine rechten op het continentaal plat toekomt.
Uitspraak internationaal | 24 mei 2005
Bestand: pdf - 616.5KB
Dossier: Vreedzame geschillenbeslechting
Trefwoorden: Arbitrage | Internationale geschillenbeslechting, vreedzame | Rechtsmacht
Dit document bevat de uitspraak in de arbitrage tussen België en Nederland inzake de verdeling van de kosten van de reactivering van de spoorverbinding IJzeren Rijn op Nederlands grondgebied. Het tribunaal oordeelt dat Nederland haar wetgeving en beleid met betrekking tot de IJzeren Rijn spoorweg niet op een gunstiger manier hoeft toe te passen dan andere spoorwegen in Nederland.
Overig | 30 april 2005
Bestand: pdf - 68.2KB
Dit document bevat een Note Verbale van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Commissie inzake de Grenzen van het Continentaal Plat (CLCS) over de submissie van Australië inzake Antarctica. In de Note Verbale geeft het Koninkrijk aan dat het territoriale claims op Antarctica niet erkend en dat Australië daarom ook geen soevereine rechten op het continentaal plat toekomt.
Advies AIV | 11 maart 2005
Bestand: pdf - 763.7KB
Dossier: Vredesmachten
Trefwoorden: Soevereiniteit
Dit document bevat advies nr. 14 van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) en de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) betreffende falende staten, en de reactie van het kabinet op dit advies. Het kabinet gaat onder meer in op de Nederlandse inzet bij wederopbouw, de inzet van militaire middelen en de rol van de Verenigde Naties.
Kamerbrief | 10 maart 2005
Bestand: pdf - 23.3KB
Dossier: Rechtsgrondslag geweldgebruik | Terrorismebestrijding
Trefwoorden: Geweldgebruik, collectief | Terrorisme | Terrorismebestrijding | Zelfverdediging, collectieve
Deze brief informeert de Tweede Kamer over de criteria op basis waarvan kan worden beoordeeld wanneer niet langer een beroep kan worden gedaan op het recht op (collectieve) zelfverdediging.
Document | 12 november 2004 | Afdeling Bestuursrechtsrpaak Raad van State
Bestand: pdf - 128.4KB
De Afdeling oordeelde dat uit artikel 94 van de Grondwet en de jurisprudentie van de Afdeling hieromtrent volgt, dat niet uitsluitend de rechter, maar in voorkomende gevallen ook bestuursorganen een ieder verbindende verdragsbepalingen moeten toepassen. Dit kan ertoe leiden dat ook bestuursorganen de begrenzingen voortvloeiend uit een bepaalde regeling van Nederlands recht buiten toepassing moeten laten. Dit kan zich voordoen in het geval waarin een bestuursorgaan bij zijn beoordeling in beginsel slechts de limitatief in de desbetreffende wet of regeling opgenomen gronden of omstandigheden mag betrekken. Zie relevante overwegingen r.o. 6.3-6.5.
Uitspraak ABRvS
Jurisprudentie | 15 september 2004 | Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State
Bestand: pdf - 136.5KB
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelt dat wanneer partijen een beroep doen op een bepaling van volkenrechtelijke aard de rechter tot taak heeft om een oordeel te geven over de vraag of een correcte uitvoering en toepassing van volkenrechtelijke regels in de nationale rechtsorde heeft plaatsgevonden. De bevoegdheid van de rechter om volkenrecht toe te passen berust onder meer op de artikelen 93 en 94 van de Grondwet.
De rechter is bevoegd het volkenrecht toe te passen in de nationale rechtsorde, voorzover zich dat voor toepassing door hem leent, ook in gevallen waarin er geen strijd is met nationale wettelijke voorschriften.
Aangezien de tekst, noch de geschiedenis van de totstandkoming van de Overeenkomst aanwijzingen bevatten dat de overeenkomstsluitende partijen al dan niet rechtstreekse werking aan de bepalingen van de Overeenkomst hebben willen verlenen, is voor de beantwoording van de vraag of aan die bepalingen een zodanige werking toekomt de inhoud van die bepalingen beslissend. De bepalingen van de Overeenkomst dienen zodanig concreet en hanteerbaar te zijn dat zij door de rechter kunnen worden toegepast. In dat verband kunnen de bewoordingen, context, doel en strekking van de bepalingen en de samenhang met andere bepalingen uit de Overeenkomst worden bezien. Dat, zoals verweerder betoogt, de Overeenkomst alleen verplichtingen zou opleggen aan staten betekent niet zonder meer dat deze niet als een ieder verbindend kan worden aangemerkt. Voorzover verweerder wijst op het standpunt van de regering dat de bepalingen als richtlijnen dienen te worden beschouwd, merkt de Afdeling op dat beantwoording van de vraag of een verdrag een ieder verbindende bepalingen bevat uiteindelijk is voorbehouden aan de rechter. Zie essentie r.o. 2.2.3 – 2.2.6.
UItspraak Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State
Uitspraak nationaal | 6 november 2003
Bestand: pdf - 93.3KB
Dossier: Wapens
Trefwoorden: Kernwapens | Nucleaire wapens (zie Kernwapens)
In deze uitspraak komt het Hof tot het oordeel dat er geen onderzoek hoeft worden gedaan naar eventuele gevaarzetting van de opslag van kernwapens op vliegbasis Volkel. Deze uitspraak is van belang omdat het Hof bevestigd dat het voorhanden hebben van kernwapens niet in strijd is met internationaal recht.
Overig | 1 januari 2003 | WODC
Bestand: pdf - 3MB
Het onderzoek richtte zich op de doorwerking van de bepalingen van het Verdrag inzake de rechten van het kind (IVRK) in de Nederlandse rechtspraak. In het rapport wordt een overzicht gegeven van en commentaar gegeven bij de relevante rechtspraak tot en met jaar 2001.
Onderzoeksrapport
Advies CAVV | 8 februari 2002
Bestand: pdf - 70.8KB
Dossier: Humanitair oorlogsrecht
Trefwoorden: Bezetting en Internationaal humanitair recht | Bezettingsrecht (zie Bezetting en Internationaal humanitair recht) | Humanitair oorlogsrecht (zie Internationaal humanitair recht) | Internationaal humanitair recht | Oorlogsbegrip
Dit advies van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) heeft betrekking op de toepasselijkheid van de Vierde Geneefse Conventie van 1949 inzake Bescherming van Burgers in oorlogstijd op de Palestijnse gebieden. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft de CAVV hiertoe verzocht in oktober 2001.
Advies AIV | 30 oktober 2001
Bestand: pdf - 299.5KB
Dossier: Rechtsgrondslag geweldgebruik | Humanitair oorlogsrecht
Trefwoorden: Humanitair oorlogsrecht (zie Internationaal humanitair recht) | Humanitaire interventie (zie Interventie ter bescherming van onderdanen) | Internationaal humanitair recht | Ius in bello (zie Internationaal humanitair recht)
Dit document bevat advies nr. 7 van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) en de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) betreffende de problematiek rondom humanitaire interventie, en de reactie van het kabinet op dit advies.
Advies CAVV | 19 oktober 2001
Bestand: pdf - 258.4KB
Dossier: Immuniteit van buitenlandse overheidsfunctionarissen
Trefwoorden: Immuniteit, functionele | Immuniteit, persoonlijke | Internationale misdrijven (zie Oorlogsmisdrijven) | Oorlogsmisdrijven
Dit document bevat advies nr. 20 van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) betreffende immuniteit van leden van buitenlandse officiële missies, en de twee reacties van het kabinet op dit advies.
Uitspraak nationaal | 18 september 2001 | Hoge Raad
Bestand: pdf - 125.5KB
Trefwoorden: Doorwerking internationaal recht (zie Verdragen, rechtstreekse werking) | Verdragen, rechtstreekse werking
De Hoge Raad komt tot het oordeel dat uit art. 94 Grondwet volgt dat binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften geen toepassing vinden indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties. In deze bepaling is, voorzover hier van belang, tot uitdrukking gebracht dat de rechter het in art. 16 Grondwet en art. 1, eerste lid, Sr vervatte verbod tot het verlenen van terugwerkende kracht wel dient te toetsen aan verdragen en besluiten van volkenrechtelijke organisaties, doch dat niet mag doen aan ongeschreven volkenrecht. Deze uitleg strookt met de geschiedenis van de totstandkoming van art. 94 Grondwet. Daartoe wordt verwezen naar de Memorie van Toelichting bij het wetsvoorstel dat tot die bepaling heeft geleid (Kamerstukken II 1977-1978, 15 049 (R 1100), nr. 3, blz. 11 e.v.). De Hoge Raad komt tot de conclusie dat het de rechter niet vrijstaat de Uitvoeringswet folteringverdrag - die daarin niet voorziet - buiten toepassing te laten wegens strijd met dat ongeschreven volkenrecht. Blijkens de geschiedenis van de totstandkoming van art. 94 Grondwet heeft de grondwetgever toepassing van ongeschreven volkenrecht indien deze toepassing zou botsen met nationale wettelijke voorschriften, niet willen aanvaarden. Zie essentie in r.o. 4.4.1., 4.4.2. en 4.6.
Advies CAVV | 22 november 2000
Bestand: pdf - 145.1KB
Dossier: Individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid
Trefwoorden: Aansprakelijkheid, strafrechtelijke | Agressie | Internationale misdrijven (zie Oorlogsmisdrijven) | Oorlogsmisdadigers | Oorlogsmisdrijven
Dit document bevat de kabinetsreactie en het advies van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) over de definitie van het misdrijf agressie met een voorstudie van mr. A. Bos "Het misdrijf van agressie naar internationaal recht en naar internationaal strafrecht".
Kabinetsreactie
Overig | 11 oktober 1995
Bestand: pdf - 86.3KB
Dossier: Volle zee | Grond- en zeegebied
Trefwoorden: Zeerecht
Dit document bevat de Memorie van Toelichting bij het VN-Zeerechtverdrag (UNCLOS).
Kamerbrief | 25 januari 1991
Bestand: pdf - 553.6KB
Dossier: Staten | Erkenning
Trefwoorden: Erkenning | Erkenning van regeringen | Erkenning van staten | Erkenning, niet-
Deze Kamerbrief bevat informatie over de in de toekomst door de Nederlandse regering te volgen praktijk inzake erkenning van regeringen (beleidswijziging “wij erkennen staten, niet regeringen”). Deze Kamerbrief licht de nieuwe doctrine toe, o.a. aan de hand van het voorbeeld van Koeweit (1990) en vormt een aanvulling op de Kamerbrief uit 1990 over hetzelfde onderwerp.
Kamerbrief | 4 juli 1990
Bestand: pdf - 308.7KB
Deze Kamerbrief bevat informatie over de in de toekomst door de Nederlandse regering te volgen praktijk inzake erkenning van regeringen (beleidswijziging “wij erkennen staten, niet regeringen). In de Kamerbrief wordt uiteengezet dat naar Nederlandse opvatting, naast de effectiviteit van het gezag, voor het vraagstuk van erkenning voorts van belang de bereidheid en mogelijkheid van een nieuwe regering op voet van gelijkheid betrekkingen met andere regeringen te onderhouden en volkenrechtelijke verplichtingen aangegaan door de vorige regering na te komen. Tenslotte wordt er ook op gelet of een nieuwe regering de instemming van een belangrijk deel van de bevolking heeft.
Uitspraak nationaal | 10 november 1989
Bestand: pdf - 97.3KB
In dit arrest komt de Hoge Raad tot het oordeel dat de Nederlandse regering niet onrechtmatig heeft gehandeld door mee te werken aan de plaatsing van met kernkoppen uitgeruste kruisvluchtwapens in Nederland. Dit arrest is van belang omdat de Hoge Raad oordeelt dat er geen internationaalrechtelijke norm bestaat die het voorhanden hebben van kernwapens verbiedt.
Memorie van toelichting | 1 januari 1977 | Tweede Kamer
Bestand: pdf - 2.7MB
In de Memorie van Toelichting is uiteengezet dat uitbreiding van het toetsingsrecht van de rechter tot het terrein van het ongeschreven volkenrecht (gewoonterecht) uit praktisch oogpunt bezwaarlijk is, omdat over de inhoud van dit recht vaak onzekerheden bestaan. Hierdoor zouden grondwettelijke bevoegdheden van regering en parlement kunnen worden gefrustreerd.
Memorie van Toelichting (TK 1977-1978, nr. 3, pag. 12 e.v.)
Toont 81 - 120 van 124 resultaten.