Zoeken

Web content search

124 Zoekresultaten

Web content search
Sorteren op: Datum /

Circulaire Vliegreizen

Overig | 8 april 2011

Bestand: pdf - 179.1KB

Dossier: Transport

Trefwoorden: Luchtvaart | Vliegtuig

Dit document bevat de circulaire die de gedragslijn voorschrijft voor het geval waarin rijksambtenaren voor dienstreizen gebruik kunnen of moeten maken van luchtvaartmaatschappijen die door de EU als onveilig zijn gekwalificeerd en niet binnen de EU mogen vliegen (en op de ‘Zwarte Lijst’ zijn geplaatst).

Kabinetsreactie en AIV-advies piraterijbestrijding op zee

Kamerbrief | 1 april 2011

Bestand: pdf - 1MB

Dossier: Piraterijbestrijding

Trefwoorden: Piraterij

Deze brief bevat de kabinetsreactie op het AIV-advies ‘Piraterijbestrijding op zee - een herijking van publieke en private verantwoordelijkheden’. Het kabinet oordeelt dat reders en kapiteins zelf hoofdverantwoordelijk zijn voor de veiligheid van hun schepen en zelf zelfbeschermingsmaatregelen dienen te treffen.

Kamerbrief inzake de huidige situatie in de Westelijke Sahara

Kamerbrief | 7 december 2010

Bestand: pdf - 43.9KB

Dossier: Zelfbeschikking volken

Trefwoorden: Erkenning | Erkenning van staten | Erkenning, niet- | Niet-zelf-besturend gebied (zie Trustgebied) | Zelfbeschikkingsrecht, extern

Deze Kamerbrief informeert de Tweede Kamer op verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken over de huidige situatie in de Westelijke Sahara.

 

Arrest Hoge Raad (Vrouwenstandpunt SGP)

Jurisprudentie | 9 april 2010 | Hoge Raad

Bestand: pdf - 120.9KB

Dossier: Doorwerking van internationaal recht in de nationale rechtsorde

De Hoge Raad oordeelt dat art. 7a VN-Vrouwenverdrag rechtstreekse werking heeft (in de zin van art. 93 en 94 Gw.). Het VN-Vrouwenverdrag eist dat de Staat passief kiesrecht voor vrouwen effectief verzekert. Verdrag laat Staat op dit punt geen beleidsvrijheid. Discriminatieverbod weegt, in zoverre het de kiesrechten van alle burgers waarborgt - neergelegd in art. 4 Gw., art. 25 in verband met art. 2 IVBPR en, toegespitst op de onderhavige kwestie, art. 7 Vrouwenverdrag - zwaarder dan de andere grondrechten die in het geding zijn. Staat is gehouden maatregelen te nemen die er daadwerkelijk toe leiden dat SGP passief kiesrecht aan vrouwen toekent, waarbij de Staat een effectieve maatregel moet kiezen die zo min mogelijk inbreuk maakt op de grondrechten van de SGP. Rechter niet bevoegd Staat te bevelen wetgeving in formele zin tot stand te brengen (vgl. HR 21 maart 2003, NJ 2003, 691). Voor een rechterlijk gebod tot treffen van maatregelen ter voldoening aan art. 7 Vrouwenverdrag is in beginsel evenmin plaats. Dit geldt ook voor een bevel tot stopzetting subsidie SGP. Staat handelt in strijd met art. 7, aanhef en onder a en c, VN-Vrouwenverdrag en daarmee onrechtmatig door ten aanzien van politieke partij volgens welke aan vrouwen geen passief kiesrecht toekomt voor algemeen vertegenwoordigende overheidsorganen, niet de maatregelen te nemen die art. 7, aanhef en onder a en c, van het Verdrag inzake uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen van hem vergt. Zie essentie r.o. 4.4.2

Arrest Hoge Raad

Reply to questions of the Netherlands in the ICJ Advisory Opinion of the unilateral declaration of independence by the provisional institutions of self-government of Kosovo

Inbreng in juridische procedure internationaal | 21 december 2009

Bestand: pdf - 26.5KB

Dossier: Erkenning | Zelfbeschikking volken

Trefwoorden: Adviesbevoegdheid Internationaal Gerechtshof | Afscheiding | Erkenning | Onafhankelijkheid | Zelfbeschikkingsrecht, extern

Dit document bevat de antwoorden van Nederland op de vragen van de rechters van het IGH in de Advisory Opinion inzake de unilaterale afscheiding van Kosovo. De vragen hebben betrekking op de internationaalrechtelijke regels omtrent afscheiding en het zelfbeschikkingsrecht, en de Rambouillet Accords.