Zoeken

Web content search

484 Zoekresultaten

Web content search
Sorteren op: Datum /

Uitspraak EHRM inzake Keskin tegen Nederland - schending recht op eerlijk proces

Uitspraak internationaal | 19 januari 2021 | Europees Hof voor de Rechten van de Mens

Bestand: pdf - 341.5KB

Dossier: Mensenrechten

Trefwoorden: Eerlijk proces

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft in een uitspraak van de Grote Kamer in de zaak Keskin tegen Nederland (zaak nr. 2205/01) geoordeeld dat Nederland het recht op een eerlijk proces neergelegd in artikel 6, eerste lid en derde lid, van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) heeft geschonden. De schending is aangenomen, omdat de verdachte niet in staat was om getuigen te ondervragen die belastende verklaringen over hem hadden afgelegd in een strafrechtelijke procedure.

Zie uitspraak Keskin v. the Netherlands, EHRM

Vervolgstrategie na stoppen gesprekken door Rusland over staatsaansprakelijkheid

Kamerbrief | 13 januari 2021

Bestand: pdf - 108.5KB

Dossier: MH17

Trefwoorden: Aansprakelijkheid, Staats- | MH17

In deze Kamerbrief wordt uiteengezet wat de strategie is van het kabinet, nadat de Russische Federatie de gesprekken met Nederland en Australië over staatsaansprakelijkheid heeft gestopt. De gesprekken houden verband met het neerhalen van vlucht MH17 op 17 juli 2014. In mei 2018 hebben Nederland en Australië Rusland aansprakelijk gesteld voor zijn aandeel in het neerhalen van het vliegtuig. Indien Rusland niet bereid blijkt de onderhandelingen voort te zetten, zal het kabinet zich in nauw overleg met Australië beraden op volgende (juridische) stappen.

Arrest Hoge Raad (Kazachstan en Samruk v. Stati)

Uitspraak nationaal | 18 december 2020

Bestand: pdf - 150.1KB

Dossier: Staatsimmuniteit

Trefwoorden: Beslag, conservatoir | Immuniteit van executie | Staatsimmuniteit

In dit arrest van de Hoge Raad wordt, in para. 3.2.4, geoordeeld dat immuniteit van executie van staatseigendom niet is beperkt tot goederen waarvan de onmiddellijke bestemming een publieke is. Op grond van het volkenrecht geldt voor goederen van een vreemde staat een presumptie van immuniteit van executie, die alleen wijkt indien is vastgesteld dat de desbetreffende goederen door de vreemde staat worden gebruikt of zijn beoogd voor andere dan publieke doeleinden. Tevens oordeelt de Hoge Raad in para. 3.2.5 dat niet duidelijk is waarom als vaststaand kan worden aangenomen dat de door Samruk gehouden aandelen in KMGK een andere bestemming hebben dan een publieke bestemming. Dat de opbrengsten uit de aandelen in KMGK bestemd zijn om de nationale welvaart van Kazachstan te vergroten, wijst immers in beginsel erop dat deze een publieke bestemming hebben.

Rechtspraak - arrest Hoge Raad Kazachstan en Samruk v. Stati

Polaire Strategie 2021-2025

Overig | 18 december 2020

Bestand: pdf - 783.6KB

Dossier: Antarctica | De Noordpool

Trefwoorden: Internationaal milieurecht | Wetenschappelijk onderzoek

Dit document bevat de Nederlandse Polaire Strategie voor de periode 2021-2025. De strategie beschrijft de belangrijkste ontwikkelingen in de poolgebieden op het gebied van o.a. geopolitiek, klimaat en economische ontwikkelingen, en de relevantie daarvan voor Nederland. Het Nederlands polair beleid stoelt al geruime tijd op drie kernbegrippen: duurzaamheid, internationale samenwerking en wetenschappelijk onderzoek. De strategie geeft weer hoe Nederland de komende jaren betrokken wil zijn bij de ontwikkelingen en hoe Nederland zijn doelen nastreeft.

Voormalig Juridisch Adviseur Adriaan Bos overleden

CIR Nieuwsbericht | 20 november 2020 | Bron: CIR

Vandaag bereikte ons het droevige bericht dat voormalig Juridisch Adviseur van het Ministerie van Buitenlandse Zaken Adriaan Bos op 19 november 2020, is overleden.

Kamerbrief over staatsaansprakelijkheid en non-interventiebeginsel

Kamerbrief | 13 november 2020 | Minister van Buitenlandse Zaken

Bestand: pdf - 78.2KB

Dossier: Staatsaansprakelijkheid | Rechtsgrondslag geweldgebruik | Humanitair oorlogsrecht

Trefwoorden: Geweldgebruik (zie Ius ad bellum) | Humanitair oorlogsrecht (zie Internationaal humanitair recht) | Non-interventiebeginsel | Staatsaansprakelijkheid (zie Aansprakelijkheid, Staats-)

Met deze Kamerbrief informeert de Minister van Buitenlandse Zaken de Tweede Kamer over zijn standpunt met betrekking tot internationale aansprakelijkheid van staten, het non-interventiebeginsel en het verlenen van steun aan niet-statelijke actoren naar aanleiding van het leveren en financieren van niet-letale steun (NLA) aan oppositiegroepen in Syrië. Tot slot wordt ingegaan op de aansprakelijkheid van Rusland voor het geven van steun aan niet-statelijke actoren in het oosten van Oekraïne (in het kader van het neerhalen van vlucht MH17).

Tweede Kamer, 2020-2021, 32623, nr. 312

Initiatiefnota van de leden Voordewind, Alkaya, Van den Hul en Van Ojik over Tegen slavernij en uitbuiting

Overig | 5 november 2020

Dossier: Duurzame ontwikkeling & cultuur | Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

Trefwoorden: Bedrijven (zie Ondernemingen) | Maatschappelijk verantwoord ondernemen | Ondernemingen

Hiermee werd de nota ‘Van voorlichten tot verplichtingen: een nieuwe impuls voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemerschap aan’. In de brief wordt hier toelichting op gegeven en wordt, in lijn met het verzoek van de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) van 1 oktober jl., ingegaan op het advies «Samen naar duurzame ketenimpact» van de Sociaaleconomische Raad. Daarnaast bevat de brief de kabinetsreactie op de Initiatiefnota «Tegen Slavernij en Uitbuiting» (Kamerstuk 35 495, nr. 2) van ChristenUnie, PvdA, SP en GroenLinks, waar de algemene commissie voor BHOS laatstelijk op 1 oktober 2020 om heeft gevraagd.

Voorliggende beleidsnota geeft weer wat onderzoek naar het huidige beleid op gebied van Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO) heeft opgeleverd en schetst de hoofdlijnen van het nieuwe beleid. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de afspraak in het regeerakkoord dat na oktober 2019 zou worden bezien of, en zo ja welke, (dwingende) maatregelen op gebied van IMVO genomen kunnen worden.

Nederlandse verdragsrapportage CRC 2020

Overig | 3 november 2020

Bestand: pdf - 504.3KB

Dossier: Mensenrechten

Trefwoorden: Verdragsrapportages

Dit document bevat de 5e en 6e periodieke rapportage van Nederland onder het Verdrag inzake de Rechten van het Kind (CRC). De rapportage geeft een overzicht van de Nederlandse implementatie van verplichtingen onder het Verdrag.

Zienswijze BuPo D.Z. v. Nederland – schending recht op nationaliteit en effectief rechtsmiddel

Uitspraak internationaal | 19 oktober 2020

Dossier: Individuen en groepen | Mensenrechten

Trefwoorden: Effectief rechtsmiddel (zie Rechtsmiddel) | Nationaliteit | Statenloosheid

Het Mensenrechtencomité (Comité) heeft in de zaak D.Z. (zaak nr. 2918/2016) geoordeeld dat Nederland artikel 24 lid 3 alleen en in samenhang met artikel 2 lid 3 van het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR) heeft geschonden.

De zaak betreft het recht van een minderjarige op het verwerven van een nationaliteit (artikel 24 IVBPR) en het recht op een effectief rechtsmiddel (artikel 2 lid 3 IVBPR). De verzoeker stelt dat deze rechten zijn geschonden, omdat hij geen reële mogelijkheid heeft om een nationaliteit te verkrijgen. De verzoeker stelt dat de bescherming tegen statusloosheid onvoldoende is, omdat (i) er geen procedure is voor het vaststellen van statenloosheid en (ii) dat er geen andere maatregelen zijn ter voorkoming en vermindering van statusloosheid bij kinderen. Het Comité overweegt dat artikel 24 IVBPR ieder kind recht geeft op speciale beschermingsmaatregelen vanwege zijn minderjarigheid, waarbij het belang van het kind het uitgangspunt behoort te zijn. Het Comité wijst erop dat staten verplicht zijn om alle passende maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat elk kind een nationaliteit heeft wanneer het wordt geboren. Het Comité concludeert dat, op basis van de feiten, artikel 24 lid 3 IVBPR alleen en in samenhang met artikel 2 lid 3 IVBPR zijn geschonden.