Inloggen Account aanvragen
Kamerbrief | 4 maart 2008
Bestand: pdf - 19.2KB
Dossier: Erkenning
Trefwoorden: Afscheiding | Erkenning | Onafhankelijkheid
Met deze Brief informeert de Minister van Buitenlandse Zaken de Tweede Kamer dat het Koninkrijk der Nederlanden de Republiek Kosovo erkent en wordt dit besluit nader toegelicht.
Kamerbrief
Kamerbrief | 22 juni 2007
Bestand: pdf - 39.6KB
Dossier: Rechtsgrondslag geweldgebruik
Trefwoorden: Geweldgebruik (zie Ius ad bellum) | Humanitaire interventie (zie Interventie ter bescherming van onderdanen) | Responsibility to protect | Zelfverdediging
Dit document bevat een omschrijving van bestaande internationaalrechtelijke rechtsgrondslagen voor geweldgebruik. Als zodanig is het bij uitstek een referentiedocument waar het gaat om dergelijke rechtsgrondslagen.
Inbreng in nalevingsprocedure | 9 mei 2007
Bestand: pdf - 5.2MB
Dossier: Mensenrechten
Trefwoorden: Verdragsrapportages
Dit document bevat de vierde periodieke review van Nederland over de implementatie van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, waarin wordt ingegaan op alle bepalingen van het Verdrag.
Bestand: pdf - 6.3MB
Dit document bevat de bijlagen bijbehorend aan de vierde periodieke review van Nederland over de implementatie van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten.
Kamerbrief | 1 januari 2007 | Kabinet
Bestand: pdf - 32.1KB
Dossier: Doorwerking van internationaal recht in de nationale rechtsorde
Trefwoorden: Doorwerking internationaal recht (zie Verdragen, rechtstreekse werking)
In deze Kabinetsnotitie wordt ingegaan op het in Nederland geldende gematigde monisme, de consequenties hiervan voor de beleidsvrijheid van de nationale wetgever, en de voor- en nadelen van alternatieve systemen van doorwerking. Samengevat weergegeven is de conclusie van het kabinet, zoals weergegeven in de notitie:
Kabinetsnotitie (Tweede Kamer, 2007-2009, 29861, nr. 19)
Uitspraak internationaal | 24 mei 2005
Bestand: pdf - 616.5KB
Dossier: Vreedzame geschillenbeslechting
Trefwoorden: Arbitrage | Internationale geschillenbeslechting, vreedzame | Rechtsmacht
Dit document bevat de uitspraak in de arbitrage tussen België en Nederland inzake de verdeling van de kosten van de reactivering van de spoorverbinding IJzeren Rijn op Nederlands grondgebied. Het tribunaal oordeelt dat Nederland haar wetgeving en beleid met betrekking tot de IJzeren Rijn spoorweg niet op een gunstiger manier hoeft toe te passen dan andere spoorwegen in Nederland.
Advies AIV | 11 maart 2005
Bestand: pdf - 763.7KB
Dossier: Vredesmachten
Trefwoorden: Soevereiniteit
Dit document bevat advies nr. 14 van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) en de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) betreffende falende staten, en de reactie van het kabinet op dit advies. Het kabinet gaat onder meer in op de Nederlandse inzet bij wederopbouw, de inzet van militaire middelen en de rol van de Verenigde Naties.
Document | 12 november 2004 | Afdeling Bestuursrechtsrpaak Raad van State
Bestand: pdf - 128.4KB
De Afdeling oordeelde dat uit artikel 94 van de Grondwet en de jurisprudentie van de Afdeling hieromtrent volgt, dat niet uitsluitend de rechter, maar in voorkomende gevallen ook bestuursorganen een ieder verbindende verdragsbepalingen moeten toepassen. Dit kan ertoe leiden dat ook bestuursorganen de begrenzingen voortvloeiend uit een bepaalde regeling van Nederlands recht buiten toepassing moeten laten. Dit kan zich voordoen in het geval waarin een bestuursorgaan bij zijn beoordeling in beginsel slechts de limitatief in de desbetreffende wet of regeling opgenomen gronden of omstandigheden mag betrekken. Zie relevante overwegingen r.o. 6.3-6.5.
Uitspraak ABRvS
Overig | 25 oktober 2004
Bestand: pdf - 49.6KB
Dossier: Drugsbestrijding
Trefwoorden: Drugshandel | Drugsverstrekking van overheidswege
Dit kaderbesluit bevestigt – in de artikelen 2 en 4 – de verplichtingen van de VN-verdragen en harmoniseert op een minimumniveau de strafmaxima voor de vrijheidsstraffen die op de verboden gedragingen dienen te worden gesteld.
Kaderbesluit
Jurisprudentie | 15 september 2004 | Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State
Bestand: pdf - 136.5KB
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelt dat wanneer partijen een beroep doen op een bepaling van volkenrechtelijke aard de rechter tot taak heeft om een oordeel te geven over de vraag of een correcte uitvoering en toepassing van volkenrechtelijke regels in de nationale rechtsorde heeft plaatsgevonden. De bevoegdheid van de rechter om volkenrecht toe te passen berust onder meer op de artikelen 93 en 94 van de Grondwet.
De rechter is bevoegd het volkenrecht toe te passen in de nationale rechtsorde, voorzover zich dat voor toepassing door hem leent, ook in gevallen waarin er geen strijd is met nationale wettelijke voorschriften.
Aangezien de tekst, noch de geschiedenis van de totstandkoming van de Overeenkomst aanwijzingen bevatten dat de overeenkomstsluitende partijen al dan niet rechtstreekse werking aan de bepalingen van de Overeenkomst hebben willen verlenen, is voor de beantwoording van de vraag of aan die bepalingen een zodanige werking toekomt de inhoud van die bepalingen beslissend. De bepalingen van de Overeenkomst dienen zodanig concreet en hanteerbaar te zijn dat zij door de rechter kunnen worden toegepast. In dat verband kunnen de bewoordingen, context, doel en strekking van de bepalingen en de samenhang met andere bepalingen uit de Overeenkomst worden bezien. Dat, zoals verweerder betoogt, de Overeenkomst alleen verplichtingen zou opleggen aan staten betekent niet zonder meer dat deze niet als een ieder verbindend kan worden aangemerkt. Voorzover verweerder wijst op het standpunt van de regering dat de bepalingen als richtlijnen dienen te worden beschouwd, merkt de Afdeling op dat beantwoording van de vraag of een verdrag een ieder verbindende bepalingen bevat uiteindelijk is voorbehouden aan de rechter. Zie essentie r.o. 2.2.3 – 2.2.6.
UItspraak Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State
Toont 151 - 160 van 176 resultaten.