Zoeken

Web content search

184 Zoekresultaten

Web content search
Sorteren op: Datum /

Written comments of Portugal on the Draft Convention 2020

Commentaar | 20 maart 2020

Bestand: pdf - 434.8KB

Written comments of Switzerland on the Draft Convention 2020

Commentaar | 20 maart 2020

Bestand: pdf - 1.3MB

Written comments of Amnesty International on the Draft Convention 2020

Commentaar | 20 maart 2020

Bestand: pdf - 233.9KB

Beslissing BuPo B.P. en P.B. v. Nederland – niet-ontvankelijk

Jurisprudentie | 13 maart 2020

Dossier: Individuen en groepen | Mensenrechten

Trefwoorden: Effectief rechtsmiddel (zie Rechtsmiddel) | Sociale zekerheid | Uitputting nationale rechtsmiddelen

Het Mensenrechtencomité (Comité) heeft in de zaak B.P. en P.B. (zaak nr. 2974/2017) de klacht van de verzoekers niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 5(2)(b) van het Facultatieve Protocol bij het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR).

De zaak betreft in essentie het vereiste van een vast woonadres om in aanmerking te kunnen komen voor sociale voorzieningen en een zorgverzekering. De verzoekers waren niet in staat om aan deze eis te voldoen, waardoor zij telkens in de problemen kwamen met hun sociale voorzieningen en zorgverzekering. De verzoekers stelden daarom dat de artikelen 2(3), 6, 7, 9, 17 en 26 van het IVBPR waren geschonden. Het Comité constateert dat de verzoekers geen verplichting hebben om de nationale rechtsmiddelen uit te putten in het geval dat er geen vooruitzicht is dat deze rechtsmiddelen zullen slagen. De omstandigheid dat er twijfel is over de effectiviteit van de rechtsmiddelen, ontslaat verzoekers niet van de verplichting om deze rechtsmiddelen aan te wenden. Het Comité concludeert dat de verzoekers niet hebben kunnen uitleggen waarom de nationale rechtsmiddelen niet beschikbaar waren of niet zouden leiden tot een effectieve oplossing van het geschil. Hierdoor oordeelt het Comité dat de klacht niet-ontvankelijk moet worden verklaard op grond van artikel 5(2)(b) van het Facultatieve Protocol bij het IVBPR.

Written comments of Switzerland on the Draft Convention 2020 (proposal)

Commentaar | 12 maart 2020

Bestand: pdf - 585.4KB

Modernisering diplomatie plan van aanpak.pdf

Document | 8 januari 2020

Bestand: pdf - 447.9KB

Arrest Hoge Raad inzake klimaatzaak Urgenda

Uitspraak nationaal | 20 december 2019 | Hoge Raad

Bestand: pdf - 274.3KB

Dossier: Doorwerking van internationaal recht in de nationale rechtsorde

Trefwoorden: Doorwerking internationaal recht (zie Verdragen, rechtstreekse werking) | Mensenrechten, directe werking

De Hoge Raad wijst erop dat het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) de staten die bij het verdrag zijn aangesloten ertoe verplicht om voor hun ingezetenen de rechten en vrijheden te verzekeren die in het verdrag zijn vastgesteld. Art. 2 EVRM beschermt het recht op leven, en art. 8 EVRM het recht op eerbiediging van het privé-, familie- en gezinsleven. Volgens de rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) is een verdragsstaat op grond van deze bepalingen verplicht om passende maatregelen te treffen, indien een reëel en ernstig risico voor het leven of het welzijn van personen bestaat en de staat daarvan op de hoogte is.

De Hoge Raad komt tot het oordeel dat de positieve verplichtingen van de artikelen 2 en 8 EVRM ook van toepassing zijn op het (mondiale) probleem van klimaatverandering. Er is volgens de Hoge Raad sprake van een voldoende reëel en ernstig risico op aantasting van het leven en welzijn van ingezetenen van Nederland als gevolg van klimaatverandering. Art. 2 en 8 EVRM dienen naar het oordeel van de Hoge Raad zo te worden uitgelegd dat landen erop kunnen worden aangesproken hun aandeel te leveren in de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. Het nationale recht moet volgens art. 13 EVRM een effectief rechtsmiddel bieden om tegen een schending of dreigende schending van de door het EVRM gewaarborgde rechten op te komen.

Arrest Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2019:2006)

Beslissing ECSR UWE v. Nederland - schending transparantie en bevordering gelijkheid

Jurisprudentie | 6 december 2019

Dossier: Individuen en groepen | Mensenrechten

Trefwoorden: Discriminatie | Gelijke rechtsbescherming (zie Toegang tot rechter; zie Non-discriminatie) | Nationale behandeling (zie Non-discriminatie)

Het Europees Comité voor Sociale Rechten (ECSR) heeft in de zaak van University Women of Europe (No. 134/2016) geoordeeld dat de artikelen 4(3), 20(c) en/of 20(d) van het Europees Sociaal Handvest (ESH) niet zijn geschonden wat betreft: (1) de erkenning en handhaving van het recht op gelijke beloning voor gelijk werk of werk van gelijke waarde, (2) het recht op een daadwerkelijk rechtsmiddel, (3) mensenrechteninstituten en (4) maatregelen om een evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen in de besluitvorming binnen particuliere ondernemingen te waarborgen.

Het ECSR oordeelt wel dat de artikelen 4(3) en/of 20(c) ESH zijn geschonden. Namelijk, wat betreft loontransparantie oordeelt het ECSR dat werknemers in de meeste gevalleen geen volledige toegang hebben tot relevante gegevens over beloningen van werknemers. Ook is er onvoldoende meetbare vooruitgang geboekt t.a.v. het bevorderen van gelijke kansen voor vrouwen en mannen met betrekking tot gelijke beloning.

Beleidskader Nederland en Poolgebieden 2011-2015

Overig | 3 december 2019

Bestand: pdf - 1.1MB

Dossier: Antarctica | De Noordpool

Trefwoorden: Internationaal milieurecht | Milieubescherming (zie Milieuschade; zie Internationaal milieurecht) | Milieuschade | Wetenschappelijk onderzoek

Dit document bevat het polaire beleid van 2011 – 2015 welke onderdeel uit maakt van de oriëntatie van de regering op mondiale vraagstukken. Waar vorige beleidskaders zich voornamelijk beperkten tot milieukwesties en wetenschappelijk onderzoek, poogt het huidige kader de poolgebieden in een veel breder perspectief te plaatsen: politiek, strategisch, economisch (grondstoffen, energie, visserij, scheepvaart), veiligheid, inheemse volkeren, internationale rechtsorde etc.

Memorie van Toelichting bij Energiehandvest 1994

Memorie van toelichting | 3 december 2019

Bestand: pdf - 69.3KB

Dossier: Energie

Trefwoorden: Handelsbevordering | Investeringsgaranties | Kernenergie

Dit document bevat de Memorie van Toelichting bij het Verdrag inzake Energiehandvest.